Taai slijm, dat is zuur!
Als het zoutkanaaltje (het CFTR-eiwit) minder goed werkt, is het slijm niet alleen taai, maar ook zuurder bij mensen met cystic fibrosis (CF). Onderzoekers in Utrecht hebben dit effect verder onderzocht als onderdeel van het HIT CF 3.0 onderzoeksprogramma. Zo hebben ze in mini-luchtwegen gezien dat ze met andere zoutkanaaltjes de zuurgraad weer omlaag kunnen brengen.
Waarom is dit onderzoek belangrijk?
Er bestaan al middelen om de werking van CFTR-eiwit te verbeteren, maar hiermee zijn niet alle mensen met CF geholpen. Sommige mensen maken namelijk helemaal geen CFTR-eiwit aan. Daarom is het belangrijk om te kijken naar alternatieven. Het idee is: als het éne zoutkanaaltje niet (goed) werkt, kan je de balans misschien herstellen door andere zoutkanaaltjes te stimuleren.
Hoe is dit onderzocht?
Dit onderzoek is gedaan in het laboratorium waar ze cellen kweken die geen CFTR-eiwit aanmaken. Bij die cellen hebben de onderzoekers vervolgens een trucje uitgehaald waardoor een ander zoutkanaaltje ook niet meer aanwezig was. Dit hebben ze voor verschillende kanaaltjes gedaan. Het idee hierachter is dat als het slijm nog zuurder wordt, er een goede aanwijzing is dat het tweede ontbrekende kanaaltje juist nodig is voor een goede zuurgraad. Extra stimulatie van dat kanaaltje kan mogelijk het missen van het zoutkanaaltje CFTR deels opheffen. De onderzoekers hebben getest in mini-luchtwegen, in het laboratorium, of ze zo’n kanaaltje met medicijnen konden stimuleren en of het slijm dan minder zuur werd.
Wat waren de resultaten?
De onderzoekers ontdekten hoe de andere kanaaltjes de zuurgraad van het slijm beïnvloeden. Uit de eerste testen kwamen twee zoutkanaaltjes die mogelijk interessant zijn om verder te onderzoeken: TMEM16A en Pendrin. Voor Pendrin zijn al middelen beschikbaar die dit zoutkanaaltje kunnen stimuleren. Uit tests in het laboratorium bleek dat in de mini-luchtwegen het slijm minder zuur werd door die medicijnen.
Het werkt in het lab, werkt het dan ook voor mensen?
Het is nog te vroeg om te concluderen dat dit bij mensen zou werken. Er zijn allerlei factoren die je moeilijk in het laboratorium kan testen, terwijl die ook invloed hebben op de taaiheid en de zuurgraad van het slijm. Ook zijn niet alle kanaaltjes in alle organen in het lichaam evenveel aanwezig. Kortom, het is nu nog moeilijk te voorspellen wat het stimuleren van deze kanaaltjes bij iemand met CF oplevert.
Hoe nu verder?
De onderzoekers geven zelf aan dat zowel TMEM16A en Pendrin interessant zijn als mogelijke doelwitten voor toekomstige behandeling. Er moet wel meer onderzoek gedaan worden, zowel naar wat bestaande medicijnen al kunnen doen, maar ook naar mogelijk nieuwe middelen.
Wil je meer weten?
Je kan het volledige Engelse wetenschappelijke artikel hier lezen, of bekijk het persbericht van de Utrechtse onderzoekers. Wil je meer weten over het HIT CF 3.0 onderzoeksprogramma, kijk dan op onze website.
Onderzoek
Altijd op de hoogte zijn van nieuws over onderzoek, medicijnen, acties en evenementen? Schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief
Inschrijven »Steun mensen met taaislijmziekte
CF is nog altijd een ziekte die niet te genezen is. Om dit te veranderen, is nog veel onderzoek nodig. Wij zetten ons in voor een langer en beter leven met CF. Geef jij ook om taaislijmziekte?
Doneren »