Het CF-vocabulaire van een jong jochie
26/04/2023
Door Laura ten Doeschate
Fien, onze liefste dochter van nu 8 jaar, die zonder het genetische foutje is geboren, vinden wij een talig kind. Al jong kletste ze de oren van onze kop en ik durf wel te zeggen dat ze altijd een grotere woordenschat had in vergelijking met haar leeftijdsgenoten. Dat Daan, onze knappe zoon van 5 jaar mét het genetische foutje, ook meer dan behoorlijk welbespraakt is, zal in diezelfde genen zitten.
Van jongs af aan lezen we veel met de kinderen en zelf zijn Jos en ik ook allebei kletsers. Zo is het bij ons aan tafel (bijna) nooit stil en we benoemen graag wat we zien, horen, voelen en proeven. Het is dan ook niet gek dat onze kletsmajoor Daan tegen alles en iedereen praat en vertelt wat er in zijn hoofd rondgaat. Die knaap pakt iedereen mee in zijn gezellige geklets en laat daarmee horen hoe wijs hij is. Maar toen hij 3 jaar was en hij zijn ‘taaie woordenschat’ ter ore liet komen, was ik stil en werd ik met mijn neus op de feiten gedrukt. Hij moest deze begrippen nu vaak genoeg gehoord hebben om het aan zijn vocabulaire te hebben toegevoegd.
Ik herinner me goed het gevoel van trots te ervaren, maar tegelijk hoe betreurenswaardig ik aanhoorde hoe Daan het woord ‘desinfect’ uitsprak als we thuiskomen, zijn zus richting de woonkamer liep en hij aan haar vroeg of zij haar handen wel had gedaan met die desinfect (?!). Wanneer ik hem ophaalde van zijn kinderdagverblijf en ik vroeg of hij zijn enzymen in had genomen, vertelde meneer van 3 jaar mij lachend dat de juf hem ook bij zijn fruit enzymen wilde geven en hij had geantwoord dat dat niet hoeft want… ‘Daar zit helemaal geen vet in, dat weet je toch wel hè, mam?’.
Antibiotica, ook zo een prachtig woord. Hier thuis heette dat toen Daan wat jonger was nog ‘piepies’. Niemand wist waarom, maar we dienden dat dagelijks toe met een spuitje en dit heet gewoon zo bij ons. Totdat Daan op een dag ging hoesten, Jos en ik in de keuken overlegden en beaamden dat het ons verstandig leek de arts te bellen en te vragen om een kuur. Vanuit de hoek waar Daan zat te spelen en blijkbaar had meegekregen waar we het over hadden gehad, vroeg Daan ons wanneer we de dokter gingen bellen voor een antibioticakuur en of hij dan wel die lekkere piepies mocht in plaats van die vieze. Onze peuter, van toen 3 jaar, kende het woord an-ti-bi-o-ti-ca-kuur (én had voorkeur voor een bepaald soort, maar dat terzijde). Kort na het groot onderzoek dat Daan had voor zijn vierde verjaardag, werd zijn medische woordenschat wederom vergroot. Vernevelapparaat was eraan toegevoegd (‘dat woord heeft zes klappen!’ aldus onze kleuter). Ook dat zei hij foutloos. Houd op, stop met zo wijs zijn, dit soort woorden horen niet bij een woordenschat van een 3-jarige, lieve jongen van ons.
Ik denk dat iedere ouder wil dat zijn kind af en toe zo klein blijft als dat hij/zij op dat moment is. Ik in ieder geval wel, maar twee seconden later wijs ik mezelf erop dat dit het laatste is wat ik wil en er niets liever is dan dat Daan gezond groot wordt met zo min mogelijk ‘piepies’ en hij dingen als ‘longtransplantatie ondergaan’ nooit hoeft uit te gaan spreken.
Steun mensen met taaislijmziekte
CF is nog altijd een ziekte die niet te genezen is. Om dit te veranderen, is nog veel onderzoek nodig. Wij zetten ons in voor een langer en beter leven met CF. Geef jij ook om taaislijmziekte?
Doneren »