Contactonderzoek
7 augustus 2020
COVID-19 blijft ons van de straat houden; al is het in sommige straten tegenwoordig alsof er niks meer aan de hand is. Ik begrijp heel goed dat mensen weer hun oude leventje op willen pakken, naar het strand willen gaan en feestjes bouwen en introductieweken aan de universiteit willen meemaken. Maar het is nog niet het goede moment. Gewoon. Dat.
Een verslaggever vraagt aan een jonge vrouw op straat: ‘Als de gezichtsmaskers verplicht zouden worden, zou u ze dragen?’ Zonder aarzeling antwoordt ze: ‘Nee!’ Als de verslaggever dan vraagt: ‘Waarom niet?’, verwacht ik een mening die op zijn minst érgens op gestoeld is, iets waar over nagedacht is. Want laten we eerlijk zijn, hoe het nou echt zit met die dingen, ik weet het langzamerhand niet meer. Haar antwoord verbijstert me: ‘Omdat het me belemmert!’ De NOS vindt dat ook nog uitzendwaardig nieuws, maar dat terzijde.

Ik werd een week of drie geleden, vroeg in de ochtend gebeld door de GGD: ik was in een contactonderzoek boven komen drijven, want iemand in mijn omgeving bleek besmet te zijn met COVID-19. Het ging om mijn fysiotherapeut, met wie ik de week ervoor, na aarzeling mijnerzijds, een afspraak had gemaakt, omdat ik niet meer kon lopen of zitten. Iets met een bilspier. Maar daar wijd ik niet verder over uit.
Of ik coronaklachten had, vroeg de meneer van de GGD. Ik herinnerde me opeens een niesaanval, een tijdelijk verstopte neus, een beetje van dit en een beetje van dat. Ik ‘moest’ in ieder geval veertien dagen in quarantaine en men vond dat ik beter even kon gaan testen. In mijn eigen woonplaats kon ik niet binnen drie dagen terecht, dus begaf ik mij bereidwillig naar Lelystad, waar maanmannetjes en – vrouwtjes mij door een droevige, donkere loods leidden. Lelystad is toch al niet zo mijn ding. Al heb ik er lieve vrienden wonen. Ze hebben een huis aan het water en een kano aan een zelfgebouwde aanlegsteiger. Dus het kan wel in Lelystad. Maar daar gaat het hier niet over.
Na iets meer dan 48 uur had ik de uitslag: negatief, dus geen besmetting. Ik haalde toch opgelucht adem; ik ben geen risico voor anderen geweest. Eigenlijk telde dat voor mij het meest.
De GGD bleef me af en toe bellen om mijn klachten te monitoren en me daarna een prettige dag te wensen. Ik mocht na veertien dagen formeel uit quarantaine en werd bedankt voor de medewerking.
Graag gedaan. Het was een kleine moeite. Burgerplicht.
Nou die bilspier nog.
Meer columns van Jacquelien
Elke twee weken schrijft Jacquelien een column over opvallende momenten die zij of haar collega’s meemaken bij de NCFS. Zo krijg jij een kijkje achter de schermen bij de NCFS. Wil je meer columns van haar lezen? Op de overzichtspagina hebben we ze gebundeld.
De NCFS
Altijd op de hoogte zijn van nieuws over onderzoek, medicijnen, acties en evenementen? Schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief
Inschrijven »Steun mensen met taaislijmziekte
CF is nog altijd een ziekte die niet te genezen is. Om dit te veranderen, is nog veel onderzoek nodig. Wij zetten ons in voor een langer en beter leven met CF. Geef jij ook om taaislijmziekte?
Doneren »